Leesplankje M.B. Hoogeveen 1961 t/m 1966.

Over dit plankje:


Dit "verbeterde leesplankje" is gebruikt bij
"Hoogeveen's verbeterde leesmethode". Dit is de derde uitgave van het aap, noot, mies plankje.

Het plankje bestaat uit drie rijen met in totaal zeventien afbeeldingen van 4 cm hoog en zeventien normaalwoorden. Dat zijn woorden waarin de klinkers en medeklinkers hun ongewijzigde klank hebben.

Het plankje is van geperst spaanplaat beplakt met papier en de afmeting is ca 30 x 22,5 cm.

De woorden zijn:
aap, noot, mies, wim, zus, jet,
teun, vuur, gijs, lam, kees, bok,
weide, does, hok, duif, schapen.

Van dit plankje is ten opzichte van het eerder uitgebrachte plankje het lettertype vervangen. De keuze werd bepaald door de overweging, dat dit lettertype zoveel mogelijk behoort aan te sluiten bij de lettervormen die bij het aanvankelijk schrijfonderwijs gebruikt werden. Het meest opvallende verschil zit in de "a" en de"g".
Ook wel schrijfbare letters genoemd.

De uitgever van dit plankje was
J.B. Wolters - Groningen.
In 1962 kostte dit leesplankje inclusief de letterdoosjes fl .....

Ontwerp: J. Ligthart, H. Scheepstra en familie.

De illustrator was Cornelis Jetses.

Bij dit plankje hoorden twee letterdoosjes, een klassikale leesplank, een handleiding, een vertelselplaat, zes leesboekjes en facultatief twee oefenboekjes.

Dit leesplankje heb ik in bezit.

Letterdoosjes.


Het kleine letterdoosje heeft een diameter van
5,5 cm en is 2 cm hoog en bevat zeventien lettertjes van de eerste regel, het grote doosje is 8 cm en is 2,7 cm hoog en bevat achtendertig lettertjes (inclusief de twee streepjes) van de tweede en derde regel. Tevens bevat dit doosje nog een bundeltje met acht lettertjes: b, e, g, ee, r, l, i en f, die voorlopig overcompleet zijn. Ze zijn later nodig om zinnetjes te kunnen maken. De twee doosjes zijn van metaal en geel van kleur. Het kleine doosje bevatte de lettertjes van de eerste regel. Het grote doosje de lettertjes van de tweede en derde regel. Na een paar weken worden de lettertjes van het kleine doosje in het grote doosje bij alle andere lettertjes gedaan. Het kleine doosje wordt leeg opgeborgen en er wordt verder gewerkt met alle lettertjes uit het grote doosje.

De lettertjes zijn van stevig pletbord vervaardigd, 20 mm hoog en voor een enkel letterteken 12 mm, en voor een dubbel 16 mm breed. De lettertjes hebben een zwarte streep, die steeds onderaan moeten komen om te voorkomen dat de letters op de kop neergelegd worden.

Als er lettertjes verloren raakten werden er bij de uitgever letterstrookjes aangeschaft. De lettertjes op deze strookjes werden met een schaar losgeknipt of nog beter met een beiteltje afgestoken.

Deze letterdoosjes heb ik in bezit.

Klassikale leesplank.


De leesplank is verbeterd. De gaatjes en spijkertjes zijn vervallen, de letters worden door de gleuven op hun plaats geschoven. Nu kunnen nieuwe woorden en zinnen worden samengesteld en klassikaal aangeboden. De leesplank is voorzien van haken, zodat hij kan worden opgehangen.

De afmeting van de leesplank is 105 cm bij 93,5 cm.
In 1962 kostte deze leesplank fl ....

Deze leesplank met gleuven kon ook gebruikt worden bij de taalmethode "Ontluikend Leven" van Mej Alderts; in het klassikale leesmeteriaal van Ontluikend Leven komen n.l. ook de hiernaast staande normaalwoorden voor.

Deze leesplank heb ik in bezit.

Vertselselplaat.


De vertelselplaat vormt een centraal onderdeel in Hoogeveen's methode voor het aanvankleijk onderwijs. De centrale figuur op de plaat is Teun, een man die een aapje aan een touw heeft. Op de plaat is van alles te beleven. De afbeeldingen van de vertelselplaat zijn terug te vinden op het leesplankje. De plaat heeft een afmeting van 110 cm bij 82 cm..
In 1962 kostte de plaat fl.......

Vanaf 1960 is de plaat gemoderniseerd. Kenmerken van de nieuwere versie is dat de plaat van canvas met twee stokken is gemaakt. En opgerold kan worden.

Deze vertelselplaat heb ik in bezit.

Handleiding.


Handleiding voor onderwijs in het aanvankelijk lezen M. B. Hoogeveen, verzorgd door E. A. Alderts. In de handleiding (eerste druk uit 1962) is beschreven hoe de lesmaterialen te gebruiken. De handleiding heeft een afmeting van 14 cm bij 21 cm, en telt ongeveer 56 pagina's.
In 1962 kostte deze handleiding fl .....

Deze handleiding heb ik in bezit.

Leesboekjes.


Bij dit plankje van Hoogeveen's leesmethode horen zes leesboekjes. De boekjes zijn door M.B. Hoogeveen, Jan Ligthart en H. Scheepstra, geschreven, geillustreerd door C. Jetses en bewerkt door E. A. Alderts.

De boekjes zijn 21 bij 17 cm.
In 1964 kostte een boekje fl....


Net als het leesplankje zijn de boekjes uitgegeven door J.B. Wolters - Groningen.

Vanaf 1961 deed de gelegenheid zich voor na de keuze om een nieuw lettertype te gebruiken om deze vernieuwing te doen samengaan met een algehele herziening van de tekst.
De inhoud van de boekjes is praktisch ongewijzigd gebleven; de tekst is iets vereenvoudigd en aangepast aan het hedendaagse taalgebruik.

Evenals vroeger bevat het eerste leesboekje slechts woorden van het type 'aap', 'mij' en 'raam', waarbij , met uitzondering van de normaalwoorden van het plankje, woordjes beginnende met h, k, b, p, d, en t zijn vermeden, evenals woorden die met een d of b eindigen.
Het woordje 'het' komt wel voor in het eerste boekje. Vanaf blz. 29 komt het tweelettergrepige woord 'moeder' ook voor. Ook dit kan men globaal aanleren. De stomme e is evenals in het lidwoord 'de' met een kleinere letter aangegeven.

Het eerste gedeelte van het tweede leesboekje bevat hetzelfde type woorden als het eerste; vanaf blz. elf komen er ook woordjes in voor beginnende met h, k, b, p, d en t. De stomme e, die vanaf blz. twaalf gebruikt is in woordjes als 'je', 'ze' en 'te', is nog te klein gedrukt.

Het derde leesboekje bevat eenlettergrepige woorden waarin twee medeklinkers naast elkaar voorkomen. Nog steeds de kleine e klein gedrukt. Af en toe is het woordje 'heb' gebruikt.

In het vierde boekje zijn de volgende moeilijkheden verwerkt: de stommer e (nu gewoon gedrukt); de enkele klinker in open lettergrepen; de dubbele medeklinker; de d en de b aan het eind van een woord, en ten slotte de hoofdletters.

Het vijfde boekje geeft woorden met tweeklanken aai, oei, ooi, ou(w), au(w), eeuw en ieuw en de lettercombinaties ng en nk.

In het zesde boekje zijn uitgangen -lijk en -ig ingevoerd.

Deze boekjes heb ik in bezit.

Leesoefeningen.


Lees- en bordoefeningen, bevatte de uitvoerige en methodisch gerangschikte woordenrijen en leesoefeningen, genoemd in de handleiding met illustraties van C. Jetses.

Ik mis nog diverse leesoefeningen mijn collectie.

Standaard voor klassikale leesplank.

De standaard van hout met de verhoging is vervangen door een metalen frame waar de klassikale leesplank op diverse hoogtes met beugels op gemonteerd kon worden.

Deze standaard heb ik in bezit.

 

Leesplankje M.B. Hoogeveen vanaf 1961 t/m 1966.

Leesplankje M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies

letterdoosje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Klassikale leespank  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Vertselselplaat  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Handleiding M.B. Hoogeveen 1962. Aap Noot Mies
Eerste leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Tweede  leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Derde  leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Vierde  leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Vijfde  leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Zesde  leesboekje  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies
Eerste leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Tweede leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Derde leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Vierde leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Vijfde leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Zesde leesboekje M.B. Hoogeveen 1940-1949. Aap Noot Mies
Klassikale leesplank standaard  M.B. Hoogeveen 1961-1966. Aap Noot Mies

Copyright © 2020— Ger van Wijngaarden